Zowel vanuit een huidige coalitiepartij als vanuit een huidige oppositiepartij zijn recent schriftelijke kamervragen gesteld over ME/CVS en arbeidsongeschiktheid. Inmiddels zijn deze vragen gedeeltelijk beantwoord.

Vragen SP
Op 21 januari stelde kamerlid van Gerven van de SP vragen aan Minister van Ark voor Medische Zorg. Hij vroeg de minister naar haar reactie op de zaak van een ME-patiënt. In die zaak had een verzekeringsarts van het UWV bij haar beoordeling gesteld dat de Richtlijn CVS uit 2013 niet achterhaald is, maar nog steeds geldt. Het advies van de Gezondheidsraad over ME/CVS uit 2018 wijkt echter op een aantal punten af van deze richtlijn, evenals het beleidsdocument van het UWV naar aanleiding van dat advies. De vereniging van verzekeringsartsen NVVG houdt echter vast aan de Richtlijn CVS.  Van Gerven vraagt onder andere:

 

-     Bent u van mening dat verzekeringsartsen in hun medische rapportages met betrekking tot mensen met myalgische encefalomyelitis / chronisch vermoeidheidssyndroom (ME/CVS) de aanbevelingen van de Gezondheidsraad mee moeten wegen in hun oordeel?

-     Bent u van mening dat verzekeringsartsen in hun medische rapportages met betrekking tot mensen met ME/CVS de beleidsdocumenten van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen (UWV) mee moeten wegen in hun oordeel?

-     Kunnen verzekeringsartsen de aanbevelingen van de Gezondheidsraad en/of de beleidsdocumenten van het UWV naast zich neerleggen en de standpunten van hun eigen vereniging laten prevaleren? Zo ja, vindt u dit wenselijk? Kunt u uw antwoord toelichten?

In antwoord op eerdere vragen van Van Gerven heeft de voorganger van minister van Ark, minister Bruins, op 12 september 2019 gezegd dat hij beroepsgroepen erop zal aanspreken wanneer hem signalen bereiken dat zij het advies van de Gezondheidsraad over ME/CVS negeren. Met het oog op dit antwoord vraagt Van Gerven aan Van Ark hoe zij oordeelt over de werkwijze van de verzekeringsarts in de betreffende zaak.

Antwoorden minister van Ark
Op 12 februari gaf minister van Ark, mede namens haar collega van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, antwoord  Zij schreef dat het inzicht van de Gezondheidsraad over CGT en GET door UWV in haar beleid is overgenomen: het volgen van CGT of GET is voor uitkeringsgerechtigden met ME/CVS niet langer zonder meer verplicht voor het tonen van voldoende herstelgedrag. In beginsel dienen de beleidsdocumenten van het UWV als richtsnoer voor sociaal-medische beoordelingen.[YJ: Dus ook het beleidsstuk uit 2018, De beoordeling van cliënten met ME/CVS bij UWV]. "Voor zover het gaat om richtlijnen heeft een verzekeringsarts altijd de mogelijkheid om hier, indien medisch noodzakelijk, beargumenteerd van af te wijken. Het is in dat geval dus van belang dat de verzekeringsarts goede redenen heeft om van de handelswijze uit de richtlijn af te wijken en dat de verzekeringsarts deze goed beschrijft en onderbouwt." Verder wijst de minister op de aanpak van het Zorginstituut om tot een nieuwe Richtlijn ME/CVS te komen, ter vervanging van de oude richtlijn CVS.

Vragen D66
Op 4 februari stelden de kamerleden Van Beukering-Huijbregts en Van Weyenberg (beiden D66) vragen aan de ministers Koolmees van SZW en van Ark voor Medische Zorg over de toekenning van WIA-uitkeringen aan mensen met ME/CVS. Zij vroegen onder andere of het klopt dat mensen "die overduidelijk in het geheel niet kunnen werken door Myalgische Encefalomyelitis/Chronisch Vermoeidheid Syndroom (ME/CVS)" op dit moment niet worden aangemerkt als volledig arbeidsongeschikt. Ook vroegen zij wat er is gebeurd met de motie-Raemakers c.s. die vraagt om ME/CVS-patiënten bij wie de aanvraag van een arbeidsongeschiktheidsuitkering is afgewezen, actief te informeren over hun mogelijkheden om zich opnieuw bij het UWV te laten beoordelen.

Meer informatie over de uitvoering van de motie Raemakers: 8-december-2020-uwv-gaat-motie-raemakers-over-herbeoordeling-me-cvs-patienten-uitvoeren


Bovenstaand bericht is een aangevulde versie van het bericht van 8 februari over dit onderwerp.